NKO-problemen bij kinderen met een verhemeltespleet (schisis)

Kinderen met een verhemeltespleet (schisis) hebben een abnormale werking van de buis van Eustachius en hierdoor meer kans op middenoorproblemen.

Middenooreffusie (tijdelijk gehoorverlies)

Bij de geboorte hebben de meeste kinderen met een verhemeltespleet een normaal gehoor. Dit wordt nagekeken bij de gehoortest die wordt uitgevoerd door Kind en Gezin. De oorproblemen ontstaan meestal in de eerste levensmaanden en zolang de buis van Eustachius niet goed werkt blijft het probleem vaak bestaan. Daarom is regelmatige opvolging bij de neus-keel-oorarts noodzakelijk.

Normaal gezien is het middenoor via de buis van Eustachius verbonden met de achterzijde van de mond. Wanneer je slikt of geeuwt, trekken de spieren in het zacht verhemelte samen zodat er een luchtstroom tussen het middenoor en de mond ontstaat. Deze luchtstroom zorgt ervoor dat er geen drukverschil is tussen oor en mond. 

Bij kinderen met een verhemeltespleet is de functie van de spieren in het verhemelte verstoord. Hierdoor kan er een drukverschil tussen oor en mond ontstaan. Wanneer dit drukverschil aanhoudt, stapelt vocht zich op in het middenoor met ontstekingen tot gevolg. Wanneer deze oorontstekingen niet goed behandeld worden, kan dit leiden tot (tijdelijk) gehoorverlies (middenooreffusie).

Wanneer er middenooreffusie wordt vastgesteld met weerslag op het gehoor, zal de arts voorstellen om onder narcose trommelvliesbuisjes te plaatsen. Deze ingreep is op zich kortdurend en niet pijnlijk voor je kind. In de mate van het mogelijke wordt de plaatsing van de trommelvliesbuisjes gecombineerd met een heelkundige ingreep in het kader van de verhemeltespleet. Eenmaal de middenooreffusie volledig weg is, zal het gehoor terug getest worden om te bevestigen dat dit nu volledig in orde is. Ook als baby is een goed gehoor uitermate belangrijk voor de latere spraak- en taalontwikkeling.

Permanent gehoorverlies (onderliggende syndromale oorzaak)

Als de verhemeltespleet deel uitmaakt van een syndroom kan er ook een permanent gehoorverlies zijn door afwijkingen aan de gehoorbeentjesketen of het binnenoor. Er kan dan gekozen worden voor hoortoestelaanpassing of gebruik van een beengeleidingstoestel. Deze specifieke indicaties worden met de behandelende NKO arts besproken.

Hoe verloopt de opvolging?

Omwille van het verhoogde risico op middenooreffusie, is in de eerste levensjaren een regelmatige controle bij de neus-keel-oorarts noodzakelijk. Deze controle heeft als doel ervoor te zorgen dat er geen blijvende middenooreffusie is, dat het gehoor normaliseert en er geen blijvende afwijkingen zijn aan het trommelvlies zoals een intrekking van het trommelvlies of chronische middenoorontstekingen.

Rond de leeftijd van 5-6 maanden wordt een afspraak gemaakt op de multidisciplinaire otogenetica raadpleging. Op deze raadpleging bekijkt de klinisch geneticus of er aanwijzingen zijn voor een onderliggende, syndromale oorzaak, en zal indien geïndiceerd, aanvullend genetisch onderzoek worden verricht. Ook zal het herhalingsrisico bij volgende zwangerschappen en eventueel voor familieleden met kinderwens besproken worden.

Laatst aangepast: 05 januari 2022