Tijdens zwangerschapscontroles controleert de gynaecoloog uw gezondheid en die van uw baby. Standaard komt u tijdens het eerste semester van de zwangerschap om de vier weken op controle (week 8, 12, 16, 20, 24, 28, 32, 36) en vervolgens wekelijks of tweewekelijks. Lees hieronder wat u tijdens deze zwangerschapscontrules kunt verwachten.
8 tot 10 weken na de laatste regels raden we een eerste controle aan. Tijdens deze eerste zwangerschapscontrole wordt de zwangerschap bevestigd, en maken we een (vaginale) echografie om te zien hoeveel baby’s er zijn, hoe groot de baby(‘s) is/zijn en of het/de hartje(s) kloppen. Tijdens de eerste controle controleert de gynaecoloog ook uw gewicht, uw bloed en uw urine.
Tijdens de vervolgcontroles onderzoekt en beoordeelt de gynaecoloog (soms):
Via een echografie volgen we of uw baby zich goed ontwikkelt. Dit onderzoek wordt uitgevoerd op verschillende momenten in de zwangerschap. Bij elke echografie maken we verschillende types beelden. Zowel de gewone beelden als de 3- en 4-dimensionale beelden en de kleurendopplermetingen.
Rond 12 weken nemen we een eerste echografie, zodat we de organen van de baby(‘s) kunnen beoordelen. De echo gebeurt soms vaginaal, maar meestal abdominaal. We voeren een paar heel speciale testen op de echografie uit, die toelaten om eventuele problemen vroegtijdig op te sporen.
De doelen van deze echo zijn:
De tweede echo vindt plaats in het tweede trimester (20 weken). Deze gebeurt meestal abdominaal.
De doelen van deze echo zijn:
De derde echografie gebeurt in het derde trimester (30 weken). De doelen van deze echo zijn:
Voor wie dit wenst, kunnen we tijdens het eerste trimester van de zwangerschap de kans berekenen op een chromosoomafwijking bij uw kindje (bv. syndroom van Down). Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van de Niet-Invasieve Prenatale Test (NIPT). Bij de eerste zwangerschapsconsultatie zal u uitleg krijgen over deze test. Ook indien u ervoor kiest geen risicoberekening uit te voeren, wordt altijd een eerste-trimesterechografie uitgevoerd met nekplooimeting en zo nauwkeurig mogelijk nazicht van uw baby.
De screening is een kansberekening, geen diagnose. Deze screening bevat geen risico’s voor moeder en/of kind, maar moet goed overwogen worden. Bij een afwijkende screening wordt een vlokkentest of vruchtwaterpunctie voorgesteld voor een definitieve diagnose. Aan deze onderzoeken zijn wél risico’s verbonden, zoals een miskraam. Als u op voorhand beslist dat u deze onderzoeken niet wenst, dan is een screening overbodig.
Meer informatie vindt u onder prenatale diagnose.
Op 12 weken bieden we ook een Dopplermeting van de grote bloedvaten van de moeder aan, om het risico op een zwangerschapsvergiftiging (pre-eclampsie) in te schatten.
We organiseren regelmatig rondleidingen voor zwangere vrouwen en hun partners. Hierbij krijgt u informatie over het verloop van de opname, de bevalling, de zwangerschapsbegeleiding en kunt u bij ons met al uw vragen terecht.