Andere benamingen voor deze aandoening zijn omarthrose met of zonder arthritis of gewrichtsvliesontsteking.
De schoudergordel bestaat uit drie gewrichten. Eén ervan is het groot schoudergewricht: dit bestaat uit een bol en een klein pannetje. Deze beide botuiteinden zijn bedekt met een laag kraakbeen dat dient om het gewricht pijnloos te laten bewegen. Als dit kraakbeen ziek of aangetast is door slijtage, een oud ongeval, reuma of een andere gewrichtsontsteking, ontstaat er artrose.
De arts voert een lichamelijk onderzoek uit en vraagt of u uw arm kunt laten bewegen. Nadien beweegt hij uw arm en kijkt wanneer er pijn optreedt, en of er sprake is van stijfheid. Aanvullende onderzoeken zijn een radiografie, een echografie en MRI.
In eerste instantie zal de arts een operatie proberen te vermijden, en de aandoening behandelen met kinesitherapie , oefentherapie en medicatie.
Als dit niet lukt op lange termijn zult u moeten overwegen of u een schouderprothese wilt laten plaatsen.