Fertiliteitsoppuntstelling: praktisch verloop

Filmpje

Deze film geeft weer hoe een mogelijke behandeling verloopt in het Centrum voor Reproductieve Geneeskunde van het UZA. Zo krijg je een beeld van het traject dat patiënten tijdens een vruchtbaarheidsbehandeling doorlopen.

Fertiliteitsoppuntstelling: eerste raadpleging

Bij de eerste raadpleging maakt het CRG een volledig dossier op van u en uw partner. We checken uw medische voorgeschiedenis en voeren een klinisch onderzoek uit. Er wordt ook geïnformeerd naar eventuele voorafgaande oppuntstellingen en behandelingen. Afhankelijk van de informatie plant uw de arts vruchtbaarheidsonderzoeken voor de vrouw en/of de man.

De verpleegkundige informeert u over deze onderzoeken en plant ze samen met u. Meestal wordt er bij een eerste raadpleging bij beide partner bloed afgenomen voor o.a. hormonale bepalingen, infectieziekten en eventueel een erfelijkheidsonderzoek. De andere onderzoeken, zoals bloednames op bepaalde tijdstippen in de menstruele cyclus, een foto van de baarmoeder, een kijkoperatie in de baarmoederholte en buikholte, het binnenbrengen van een spermastaal of een andrologisch consult, komen zo snel mogelijk aan bod.

De arts kan ook een psychosociale evaluatie voorstellen (consultatie bij de psycholoog van de fertiliteitsafdeling). Voor een sociale counceling kunt u terecht bij de maatschappelijke werkster.

Fertiliteitsoppuntstelling: besprekingsraadpleging

Tijdens deze raadpleging (meestal 4 tot 6 weken na het eerste consult) bespreekt de arts de resultaten van de uitgevoerde onderzoeken met u. Na ieder onderzoek telefonisch contact opnemen met het CRG om het resultaat te horen, is dus niet nodig. Afhankelijk van de resultaten moet u misschien nog bijkomende onderzoeken ondergaan. In overleg met de arts bekijkt u welke therapie(ën) mogelijk is (zijn). U verneemt alles over de belangrijke stappen van de behandeling en over het aantal behandelingscycli die er voor u gepland worden. Afhankelijk van de behandeling zal er ook nog een intakegesprek (counceling) bij de verpleegkundige volgen om het praktische verloop van de behandeling toe te lichten. Hierna brengt het CRG de huisarts en/of de verwijzende arts op de hoogte van de resultaten en het therapiebeleid.

Fertiliteitsoppuntstelling: opstart behandelingsfase

De behandeling kan in principe onmiddellijk na de besprekingsraadpleging gepland of gestart worden. Bij elke start van de behandeling staan de verpleegkundigen u bij met raad en daad om deze stappen tot een goed eind te brengen. Is het resultaat na de geplande behandelingscycli negatief, maakt u een nieuwe afspraak bij de behandelende fertiliteitsarts. U bespreekt dan samen het verloop van deze cycli en maakt een nieuw behandelingsplan op. Als dat nodig is, stelt de arts bijkomende onderzoeken voor.

Elke gefaald ivf-behandeling wordt besproken op de multidisciplinaire stafvergadering: hierbij wordt de hormonale stimulatie en embryologische ontwikkeling grondig nagekeken. Verder wordt er een nieuw (zo nodig gewijzigd) behandelingsschema opgemaakt.

Laatst aangepast: 18 november 2021
Auteur(s): Team fertiliteit