Bijcoiling van een hersenaneurysma

Een hersenaneurysma is een blaasvormige uitstulping in een hersenslagader die wordt veroorzaakt door een zwakke plek in de bloedvatwand. Wanneer het aneurysma groeit, wordt de wand steeds dunner en kan deze scheuren of barsten met een subarachnoïdale bloeding of SAB als gevolg.

Om een aneurysma te behandelen, wordt meestal gekozen voor een coiling (via embolisatie). Enkele maanden na de coiling van het aneurysma voeren we een angiografie uit ter controle. Meestal is het aneurysma dan volledig afgesloten. In enkele gevallen kan een deel van het aneurysma echter weer openstaan, doordat de coils samengedrukt worden onder invloed van de bloeddruk, doordat de bloedklonter rond het aneurysma verdwenen is of doordat het aneurysma is uitgegroeid.

Om het aneurysma verder af te sluiten, is er soms extra coiling of bijcoiling nodig. Deze tweede coiling (bijcoiling) is meestal minder ingrijpend of risicovol dan de eerste coiling en wordt uitgevoerd in geschikte, geplande omstandigheden.

a) Aneurysma direct na afsluiting met coils
b) Aneursyma dat weer is gaan openstaan (tijdens opvolging)

Hoe verloopt een bijcoiling?

Voor, tijdens en na

Voor je opname

  • Nadat de ingreep is besproken met je behandeld arts, krijg je vooraf een consultatie bij de anesthesist.
  • Aanvullende onderzoeken, zoals een electrocardiogram (ECG), een bloedafname of een hart- of longonderzoek kunnen nodig zijn.

Opname in het UZA

De avond voor de ingreep meld je je aan op het centrale onthaal van het UZA. Onze onthaalmedewerkers zullen je doorverwijzen naar de verpleegafdeling waar een verpleegkundige alle praktische zaken met jou regelt.

Belangrijk:

  • Verwittig de arts of verpleegkundige als je zwanger bent of als je een allergie hebt (bijvoorbeeld voor contrastvloeistoffen). Als je allergisch bent aan contrastvloeistoffen, dan neem je de avond voor de ingreep een tablet Medrol® (methylprednisolone) 32 mg. Die kan je krijgen aan het onthaal van de afdeling radiologie (route 143).
     
  • Overleg het gebruik van medicatie met je arts. Vermeld het zeker als je bloedverdunners gebruikt.
     
  • Op de avond voor de ingreep mag je vanaf middernacht niets meer eten of drinken. (Je moet minimaal 6 uur voor de ingreep nuchter zijn.) De noodzakelijke medicatie mag je op de ochtend van de ingreep met een kleine hoeveelheid water innemen.

De bijcoiling zelf

De ingreep gebeurt onder volledige verdoving en kan één tot meerdere uren duren, afhankelijk van de bereikbaarheid en de grootte van het aneurysma. De interventioneel neuroradioloog voert de ingreep uit in de angiografiekamer (kamer voor bloedvatonderzoek) op de dienst radiologie.

  • Je krijgt een infuus met verdoving. Vaak wordt er een blaaskatheter ingebracht via de urineweg.
     
  • De interventioneel neuroradioloog brengt een dun slangetje (katheter) vanuit de liesslagader tot in de halsslagaders.
     
  • Via deze geleide katheter wordt een nog dunner slangetje (microkatheter) heel voorzichtig tot in het aneurysma gebracht.
     
  • De arts vult het aneurysma stap voor stap op met de coils, totdat het afgesloten is van de bloedbaan. Soms wordt er ter hoogte van het aneurysma nog een stent (metalen buisje) geplaatst dat het bloedvat openhoudt. In dat geval is het nodig om vooraf extra bloedverdunners te nemen. 
     
  • Na de bijcoiling worden de katheters verwijderd en sluit de neuroradioloog het gaatje in de liesslagader af met een speciale plug. Het lichaam zal de plug vanzelf afbreken in ongeveer 2 à 3 maanden.

Coils

Coils zijn fijne spiraalvormige metaaldraadjes (coils) worden via een katheter via de liesslagader in het aneurysma gebracht. Het aneurysma wordt zo van binnenuit via de bloedvaten opgevuld en afgesloten.


Verschillende micro coils gebruikt voor het afsluiten van een hersenaneurysma

Stent

De stent verstevigt de bloedvatwand, zorgt voor een aangepaste doorstroming van het bloedvat en houdt de ingebrachte coils op hun plaats. Sommige stent types (flow diverters) zorgen voor een zodanig aangepaste bloedstroom, waardoor het aneurysma (langzaam) verdwijnt.

Na de bijcoiling

  • Je wordt wakker in de angiokamer of op de uitslaapkamer (recovery), waar we je toestand regelmatig controleren. Ook de prikplaats in de lies houden we goed in de gaten.
     
  • Meestal blijf je de rest van de dag op de uitslaapkamer of word je overgebracht naar de afdeling medium care of intensieve zorgen. Meestal wordt er een blaassonde geplaatst.
     
  • Als alles goed gaat en je voldoende wakker bent, word je de volgende dag teruggebracht naar de verpleegafdeling. Als je uit bed kan, verwijderen we de blaassonde en de infusen. Dan mag je ook weer normaal eten en drinken en kan je bezoek op de kamer ontvangen.
     
  • De prikplaats in de lies kan na de ingreep pijnlijk zijn. Volg deze richtlijnen om een nabloeding te voorkomen:
    - Blijf direct na het onderzoek minimaal 4 uur plat liggen en hou ook nadien bedrust aan.
    - Gebruik het been van de aangeprikte kant niet (plooi het been ook niet).
    - Gebruik zo weinig mogelijk je buikspieren (hoest of nies niet overdreven, stel een toiletbezoek uit of ga niet rechtop in bed zitten).
  • Je blijft minstens 2 à 3 dagen (soms langer) in het ziekenhuis.

Wat na je ontslag uit het UZA?

Je rekent best op een kleine week herstel. Daarna kan je je normale activiteiten (zoals werk en sport) hervatten in samenspraak met de arts.

  • In geval van een pas behandeld aneurysma adviseren we om de volgende zaken te vermijden:
    - vliegen
    - drukverhogende momenten (sauna, parachutespringen, duiken, pretparkattracties, intensief sporten, geslachtsgemeenschap,…)
  • In geval van een volledig behandeld aneurysma (mits geen tweede aneurysma) en goed herstel van de ingreep is alles toegelaten.

Dit gebeurt er na het ontslag uit het ziekenhuis:

  • Je krijgt voorschriften voor medicatie.
  • Indien er een stent geplaatst is, zal je minimaal 3 tot 6 maanden bloedverdunners gebruiken.
  • Je krijgt een afspraak voor een controle op de neurovasculaire raadpleging, ongeveer 6 weken na de behandeling. Je artsen bekijken multidisciplinair welke aanvullende behandelingen, revalidatie en medicatie eventueel nodig zijn.
  • Om te controleren of het aneurysma goed is afgesloten, volgt er 3 tot 6 maanden na de behandeling meestal een cerebrale angiografie. Meestal is het aneurysma dan volledig afgesloten en volgen eventueel verdere opvolgingen met een MRI-scan.

Wat zijn de mogelijke complicaties en risico’s?

Voor je behandeling bespreken je artsen de specifieke risico’s en de eventuele gevolgen met jou. Voor de meeste complicaties zijn er behandelingen en is herstel soms mogelijk.

Onderstaande complicaties zijn het meest ingrijpend:

  • Hersenbloeding (subarachnoïdale bloeding) tijdens of na de ingreep.
  • Herseninfarct (beroerte) door het ontstaan van bloedklonters of vaatspasmen, met mogelijke verlamming als gevolg.
  • Bloedklonters: om dit te voorkomen, krijg je bloedverdunners voor en na de ingreep.
  • Allergische reacties op gebruik van contrastmiddelen en/of medicatie (heel zelden).
  • Schadelijke effecten op de nieren (heel zelden, vooral bij mensen met een minder goede nierfunctie)
  • Nabloeding in de lies: blauwe plek en zwelling die binnen enkele weken vanzelf verdwijnt.

Neem direct contact met ons op bij volgende klachten

Neem direct contact met ons op als je in de eerste dagen tot weken na de behandeling last hebt van:

  • plotse hoofdpijn
  • toenemende sufheid
  • verlamming of ander functie-uitval
  • nabloeding in de lies
     
Binnen de kantooruren: + 32 (0) 3 821 33 28
Buiten de kantooruren: + 32 (0) 3 821 30 00 en vraag naar de neurochirurg van wacht.
 
Laatst aangepast: 19 november 2021